Beknopte beschrijving : Voor het onderhoud van het metronet beschikt de MIVB over 5+2 Jhon Cokerill diesellocomotieven. De 2 oudste locomotieven zijn van het type HLR-091 met Cummins- en Panta-motoren. (nr. 61 en 62) 5 (3+2) hydrostatische locomotieven maken dubbeltractie mogelijk - Locomotieven 65,66 en 68 kunnen paarsgewijs werken (dubbeltractie) - Locomotieven 67 en 69 kunnen paarsgewijs werken (dubbeltractie) - Locomotieven 65,66 en 68 kunnen paarsgewijs werken met locomotieven 67 en 69, maar dit wordt niet aanbevolen omdat de reactietijden van deze 2 voertuigleveringen verschillen. Om de mogelijkheden van konvooien te verbeteren, wensen we dat: - De 2 locomotieven 61 & 62 in paren moeten kunnen werken (dubbele tractie) - Alle locomotieven in paren moeten kunnen werken (bijv. 61+69 of 66+67) Aan het einde van het project willen we: - Elke locomotief een tractiecapaciteit heeft die minstens gelijk is aan de huidige capaciteiten (60T/locomotief). - 7 locomotieven die onderling uitwisselbaar zijn en in dubbeltractie kunnen werken met behulp van een gestandaardiseerd communicatiesysteem tussen de voertuigen. Voor de duur van de levering moet de MIVB haar volledige vloot locomotieven te allen tijde kunnen gebruiken om nachtarbeid te organiseren. Voor deze 2 locomotieven 61 & 62 wenst de MIVB een eerste moderniserings- of vervangingscontract te openen om het hoofd te bieden aan de duidelijke veroudering van deze voertuigen en de sfeer voor werknemers in Vertaald met DeepL.com (gratis versie)